Nominatie tot Unesco Werelderfgoed?
Het doel van deze middag op 3 maart 2014 in Het Sierraad was puur inhoudelijk: waar hebben we het over als we praten over erfgoed, Amsterdamse School, begin van de Nederlandse volkshuisvesting? Waarop moet de focus liggen bij een nominatie tot Unesco-werelderfgoed?
Er waren inleidingen door:
Dré van Marrewijk, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed: wees duidelijk in de te kiezen Unesco-criteria en beperk je niet tot Amsterdam of de Randstad.
Aaron Betsky, directeur Cincinatti Museum of Art: hij noemt de volkshuisvesting in de stijl van de Amsterdamse School 'the road not taken' in de rest van de wereld: buiten Nederland inspireerde het als utopisch ideaal.
Cor Wagenaar, TU Delft: schetst het toenmalige gedachtengoed van 'de onvermijdelijke vooruitgang' en de overgang van evolutie- naar revolutiedenken bij de hoofdpersonen van de Amsterdamse School.
Vladimir Stissi, Universiteit van Amsterdam: vat de onderhuidse ‘politiek’ achter Amsterdam als Mekka van de volkshuisvesting samen als de collectieve benadering in architectuur en stedenbouw. De rol van de lokale overheid bleef in stand ook nadat de woningcorporaties niet meer gefinancierd konden worden en particulieren het voortouw namen.
In de afsluitende conclusies worden vier invalshoeken geschetst voor het vervolg: de objecten van de Amsterdamse School, de volkshuisvesting, de kunst en de ideologie, die samen een compleet beeld schetsen. Zoek verbindingen voor het vervolg in de academische wereld, bij de corporaties, veranker dit streven in het lokale bestuur (lees: Amsterdam) en gebruik de bevlogen en betrokken experts.
